Meester en gezel: 'Van hem heb ik geleerd in het gesprek te zijn, echt te luisteren'
- 5 april 2022
- V&VN magazine
Verpleegkundig consulent Freek Gillissen (66) rondde in 1993 zijn opleiding tot verpleegkundig specialist af, het jaar waarin verpleegkundig consulent Vivianne Teeuwen (28) werd geboren. Nu werken de twee samen in het Alzheimercentrum in Amsterdam en draagt Freek zijn werk over aan Vivianne.
Het had niet veel gescheeld of Vivianne had nooit samengewerkt met Freek in het Alzheimercentrum in Amsterdam. Het was dat een oudere, meer ervaren kandidaat zich uiteindelijk terugtrok. En dat Freek het onmiddellijk met Vivianne zag zitten. “Dat was misschien een gok, maar een betere gok heb ik nooit gedaan.”
In het begin vond Vivianne het wel spannend dat ze toch de functie kreeg. “Ik wist dat mijn leeftijd – ik was 24 – niet zou meewerken, dat heb ik tijdens de sollicitatie aangegeven. Tijdens gesprekken was ik bang dat mensen me niet serieus zouden nemen, omdat ik nog zo jong was. Maar ik wilde het zo graag. Als wijkverpleegkundige was ik casemanager dementie: ik begeleidde cliënten in hun thuissituatie. Daardoor wist ik dat ik meer binnen de dementie wilde doen, dat ik dichter bij het vuur wilde staan.”
Doodeng
Vanaf dat moment gaan ze een soort ‘meester- en-gezel-traject’ in. Omdat Freek zijn pensioen inzicht kwam - vanaf april stopt hij bij het centrum – moest hij zijn kennis overdragen aan Vivianne. Bij het inwerken maakte hij het haar niet gemakkelijk. Van lesgeven tot congressen: de jonge verpleegkundig consulent wordt door Freek óveral mee naartoe genomen.
Vivianne: “Ik moest heel veel dingen buiten mijn comfortzone doen.”
Freek: “Ik heb hier 23 jaar ervaring en een enorm verpleegkundig netwerk in de dementie. Ik wil dat behouden voor het centrum als ik stop. Ik draag het over aan Vivianne. Wij trokken veel met elkaar op en ik heb haar gelijk op symposia laten spreken. In de voorbereiding hebben we samen stap voor stap de PowerPoint gemaakt en afgesproken wie wat zou zeggen. Achteraf gaf ik feedback op haar manier van presenteren.”
Vivianne: “Freek keek naar mijn houding, ademhaling, zinnen maken. Voor dat eerste congres was ik zó zenuwachtig. Ik was er misselijk van en kon amper eten. Toen besefte ik des te meer dat bij deze functie veel meer komt kijken dan alleen een dagscreening doen. Ik twijfelde of dit dan wel bij me paste.
Het was een congres over ALS, een spierziekte die vaak samengaat met fronto-temporale dementie. Veel ALS-verpleegkundigen weten dat niet. Er zaten tweehonderd mensen in de zaal. We hadden afgesproken dat ik zou vertellen over het ziektebeeld, en dan zou hij de rest vertellen. Als ik het even niet meer wist, zou hij wel bijspringen. Doodeng. Maar het is gelukt. En eigenlijk vond ik het heel leuk.”
Freek: “Toen wist ik: hier hoef ik me geen zorgen over te maken.”
Als ik het even niet meer wist, zou hij wel bijspringen. Doodeng. Maar het is gelukt. En eigenlijk vond ik het heel leuk.
Vivianne: “Freek laat me los, waardoor ik mezelf kan ontwikkelen.”
Freek: “Ik weet dat ze het kan. Ik geef haar richtlijnen mee, waardoor ze optimaal zelf kan bloeien.”
Vivianne: “Ik heb al veel van hem kunnen overnemen qua netwerk. Freek is een klankbord en een sparringpartner. Bij mijn vorige baan werkte ik vooral met oudere mensen, door Freek weet ik nu meer over jonge mensen met dementie. Hij neemt me overal mee naartoe. Dat vind ik belangrijker dan dat ik bepaalde trucjes aangeleerd krijg.”
Freek: “Zij kan soms stilletjes aanwezig zijn en dat heb ik wat minder. Daardoor probeer ik soms mijn mond te houden en wat meer achterover te leunen. Het komt ook zonder mijn inbreng wel goed.”
Vivianne: “In het begin gaf Freek me veel feedback op de patiëntgesprekken, vooral op het klinisch redeneren hierin. Bij welke informatie denk je aan een bepaalde ziekte? Welke vragen stel je dan? Verder maakte Freek altijd tijd om casussen te bespreken. Welke begeleiding kan ik bieden? Hoe ga ik het gesprek in, waar moet ik op letten? En tijdens het nabespreken: heb ik goed gehandeld?”
Chaoot
De twee blijven in bepaalde dingen wel verschillen, vindt Freek. “Vivianne is gestructureerd, ik ben een chaoot. Ik kan zo drie afspraken maken op hetzelfde moment. Ik ben een enorme netwerker. Zodra ik mijn kans ruik, geef ik mijn kaartje aan iemand. Zij vergeet haar kaartjes gewoon.”
Door Vivianne structureer ik mijn werk nu beter. (...) Ik zie nu de meerwaarde van een stukje voorbereiding.
Vivianne: “Ja, dat gebeurde gisteren toevallig nog... Kaartjes zijn gewoon niet iets van mijn generatie, denk ik. Maar verder ben ik inderdaad gestructureerder dan Freek. Ik lees me graag in voor gesprekken met patiënten, hij gaat het gesprek gewoon aan en ziet wel. Van hem heb ik geleerd om te kijken naar de persoon voor mij, om in het gesprek te zijn, echt goed te luisteren en daarop te anticiperen. Ik heb geleerd niet alleen bezig te zijn met de informatie die ik per se nodig heb en met de vragen die ik heb.”
Freek: “Door Vivianne structureer ik mijn werk nu beter. Ik zorg bijvoorbeeld dat mijn e-mails geen grote brei worden. Ik ben inderdaad meer van het onbevangen een patiënt tegemoet treden, maar zie nu de meerwaarde van een stukje voorbereiding.”
De nieuwe Freek
Nog even en Freek zal alles wat hij heeft opgebouwd, echt moeten overdragen aan Vivianne. “Ik heb daar een tijd wel moeite mee gehad. Mijn werk in de dementie is toch een stukje van mijn identiteit. Het heeft met eer te maken, je ego. Het geeft een lekker gevoel, wat ik doe. Maar nu denk ik steeds meer: het is goed zo, ik kan het onderwerp ‘dementie’ afsluiten.” Voordat hij met pensioen gaat, zet hij zich nog één jaar in op een andere afdeling.
Vivianne: “Ik ben blij dat ik dan nog bij hem langs kan gaan met vragen. Er wordt vaak gezegd dat ik ‘de nieuwe Freek’ wordt, maar dat is niet zo. Hij houdt zoveel ballen in de lucht, qua netwerken, lesgeven, Alzheimercafés... Moet ik dat ook allemaal doen? Ga ik dat redden, privé gezien? Ik weet dat Freek altijd achter me zal staan, nu en straks. Ook al maak ik een fout. Maar ik word niet de nieuwe Freek. Er is maar één Freek. Ik ga en mag het anders doen. Spannend.”
Bron: V&VN Magazine: Ervaring | Tekst: Jorieke van Noorloos | Beeld: Milan Vermeulen
Word lid en praat mee!
Samen met 105.000 leden maken we ons als beroepsvereniging sterk voor professionalisering van de beroepen verpleegkundige, verzorgende en verpleegkundig specialist. Leden horen, zien en helpen; dat is waar we als V&VN voor staan. Wil jij invloed hebben op hoe jouw beroep zich ontwikkelt? Word lid van V&VN.